49
NL
NL
Trainingseenheden van 20-30 minuten/30-60 minuten zijn niet geschikt
voor beginners. Beginners dienen de omvang van de belasting geleide lijk
op te voeren.
De eerste trainingseenheden dienen relatief kort te zijn. Een gunstige
variant van de training voor een beginner is de intervaltraining.
Voor de beginner kan de training er in de eerste 4 weken als volgt uitzien:
1e en 2e week Omvang van een trainingseenheid
frequentie van de training 3 minuten roeien
3x per week 1 minuut pauze
3 minuten roeien
1 minuut pauze
3 minuten roeien
3e en 4e week Omvang van een trainingseenheid
frequentie van de training 5 minuten roeien
4x per week 1 minuut pauze
5 minuten roeien
Aansluitend aan deze beginnerstraining van 4 weken kunt u per dag 10
minuten zonder pauze met het roeiapparaat trainen. Indien u daarna de
voorkeur geeft aan een training van 3x per week 20-30 minuten, dient
tussen twee trainingsdagen één dag zonder training te liggen.
Begeleidende gymnastiek
Gymnastiek is een zeer goede aanvulling van de roeitraining. Begin
iedere training met een warming up. Activeer uw bloedsomloop enkele
minuten met lichte roeioefeningen (10-15 slagen per minuut). Daarna
volgen rekoefeningen en dan pas begint de werkelijke roeitraining. Elke
training dient u af te sluiten met enkele lichte rekoefeningen voor de cool-
down.
Aanwijzingen voor de krachttraining met de COACH
Behalve voor roeitraining is de COACH eveneens geschikt voor kracht-
training. Voor een juiste training dient echter in elk geval op onderstaan-
de punten gelet te worden.
1. Vermijd als beginner een training met te zware weerstanden.
2. Train alleen met een dusdanige weerstand dat u de oefening zonder
geforceerd ademen kunt uitvoeren.
3. Voer alle bewegingen gelijkmatig uit.
4. Bij alle oefeningen dient u op een rechte rug te letten; training
met een bolle of holle rug dient u te vermijden.
5. Denk eraan dat uw spierkracht en uw kracht sneller toenemen dan
de aanpassing van banden, pezen en gewrichten.
Conclusie: voer tijdens de training de weerstand derhalve steeds geleide-
lijk op.
Korte omschrijving van enige trainingsmethoden
Voor de fitnesstraining is de aan het kracht/uithoudingsvermogen gerela-
teerde trainingsmethode het meest geschikt.
Dit betekent dat oefeningen met lichte weerstand (ca. 40-50%) van de
individuele maximale kracht*) 15 tot 20 maal herhaald worden.
*AIs maximale kracht wordt hier de persoonlijke krachtinspanning beschouwd, die
opgebracht kan worden om een zwaar gewicht éénmaal te heffen.
Voorbeeld van de trainingsplanning
S* = set of serie H* = aantal herhalingen van een beweging
Begin de training steeds met een warming up.
Pauzeer gedurende de training na iedere set 60 seconden en gebruik de
pauzes voor ontspannings- en rekoefeningen.
Train 2 tot 3 maal per week met uw COACH en benut iedere gelegenheid
uw training aan te vullen door bijv. uitgebreide wandelingen te maken, te
fietsen, te zwemmen, etc.
U zult bemerken dat een regelmatige training uw conditie en gezond-heid
op korte termijn verbetert.
Verdere trainingsbeschrijving: pagina 122.
Waarschuwing!
U traint met een apparaat dat veiligheidstechnisch volgens de nieuwste
ontwikkelingen werd geconstrueerd. Eventueel gevaarlijke delen, welke
letsel zouden kunnen veroorzaken, zijn zoveel mogelijk vermeden of
beveiligd.
Foutieve of overmatige training kan schade voor de gezondheid tot
gevolg hebben. Laat voorafgaande aan de training door uw huisarts vast-
stellen of een training met het apparaat voor u geschikt is. De diagnose
dient de basis voor de opbouw van uw trainingsprogramma te zijn. De in
het boven- en onderstaande genoemde trainingsadviezen zijn alleen
geschikt voor gezonde personen.
Het apparaat is in geen geval geschikt als speelgoed daar het voorna-
melijk voor volwassenen werd ontworpen. Door de natuurlijke speelsheid
van kinderen bij de omgang met het apparaat kunnen situaties en geva-
ren ontstaan, die buiten de verantwoordelijkheid van de fabrikant vallen.
Wanneer u kinderen toch tot het apparaat toelaat, dienen ze onder toe-
zicht te zijn en op een juist gebruik gewezen te worden.
De montage van het apparaat dient zorgvuldig door een volwassene te
worden uitgevoerd. Let erop dat het trainingsmechanisme niet in werking
wordt gesteld vóór dat de totale montage heeft plaatsgevonden.
Bij regelmatige training verdient het aanbeveling iedere één of twee
maanden een controle van alle onderdelen, vooral van de schroefbeve-
stigingen, uit te voeren. Om het bij de constuctie voorziene veiligheids -
niveau van het toestel te waarborgen, dient het gebruik van het apparaat
bij de eerste tekenen van slijtage te worden onderbroken en dienen de
versleten onderdelen door nieuwe vervangen te worden.
Oefening 1e-2e week 3e- 4e week 5e- 6e week
S* H* S* H* S* H*
1 1 -2 individ. 2 individ. 3 individ.
4 1-2 12-15 2 15-20 3 15-20
7 1-2 12-15 2 15-20 3 15-20
9 1-2 12-15 2 15-20 3 15-20
13 1 -2 12-15 2 15-20 3 15-20
14 1 -2 12-15 2 15-20 3 15-20
17 1 -2 12-15 2 15-20 3 15-20