Giant 2002 Motorized Bicycle Bicycle User Manual


 
bijgesteld. Maar zelfs als alles prima lijkt,
kunt u het beste uw fiets naar de leverancier
terugbrengen voor een algemeen
onderzoek. Leveranciers raden doorgaans
aan om de fiets na 30 dagen terug te
brengen voor een algemeen onderzoek. Een
andere manier om te schatten wanneer het
tijd is voor het eerste algemene onderzoek,
is de fiets terug te brengen nadat deze
ongeveer 10 tot 15 uur is gebruikt. Als u
echter meent dat er iets mis is met de fiets,
breng deze dan naar uw leverancier
alvorens er weer op te rijden.
B) Voor elke rit: mechanische
veiligheidscontroles (zie paragraaf 3.5)
C) Na elke lange of zware rit; als de fiets werd
blootgesteld aan water of gruis; of
minstens eens per 150 km:
• Reinig de fiets, incl. de kettingring en het
getande kettingwiel van het achterwiel.
• Reinig de ketting en olie deze licht.
• Veeg overtollige olie weg. Doorsmering is
afhankelijk van het klimaat. Praat met uw
leverancier over de beste smeermiddelen
en de aanbevolen smeerfrequentie voor
uw gebied.
D) Na elke lange of zware rit of na 10 tot 20
uur rijden:
• Knijp de voorrem in, houd deze vast en
schud de fiets voor- en achteruit. Als u
gerammel of slapte merkt bij elke voor-
of achterwaartse beweging van de fiets,
hebt u mogelijk een los balhoofd. Laat
dit controleren door uw leverancier.
• Til het voorwiel van de grond en draai het
stuur enkele keren naar links en naar
rechts. Als u klemming of stroefheid
merkt in het stuurmechanisme, hebt u
mogelijk een vastzittend balhoofd of
moet er mogelijk vet aan de kogellagers
van het balhoofd worden toegevoegd.
Vraag uw leverancier om dit te
controleren.
• Houd één pedaal vast en schommel
deze heen en terug over de middellijn
van de fiets; doe vervolgens hetzelfde bij
de andere pedaal. Als iets los voelt,
vraag uw leverancier om dit te
controleren.
• Kijk naar de remblokken. Als deze
versleten beginnen te lijken of de
wielvelg niet recht raken, laat deze dan
bijstellen of vervangen door uw
leverancier.
• Controleer of de besturingskabels en
kabelhuisjes roest, kinken of rafels
hebben. Als u een van deze problemen
merkt of als uw remmen en/of schakelaar
niet soepel functioneren, vraag uw
leverancier dan om de kabels te
controleren en zo nodig te vervangen.
• Knijp spaken in aangrenzende paren aan
beide kanten van elk wiel tussen uw
duim en wijsvinger samen. Deze moeten
alle ongeveer dezelfde “spanning”
hebben. Als een spaak los voelt, laat uw
leverancier dan de spanning van de
spaken en de uitlijning van het wiel
controleren.
• Controleer of het frame (vooral in de
buurt van alle gelaste naden), het stuur,
stuurpen en de zadelpen diepe krassen,
breuken of verkleuringen hebben. Dit zijn
tekens van met spanning verband
houdende vermoeidheid die aangeven
dat een onderdeel het einde van zijn
nuttige gebruiksduur heeft bereikt en
moet worden vervangen.
• Controleer of alle onderdelen en
accessoires nog vast zitten en zet deze
zo nodig vast.
E) Zo nodig: Als een remgreep
onbevredigend werkt bij de mechanische
veiligheidscontroles (zie paragraaf 3.5),
herstel dan het traject van de remgreep
door de afstelbout voor de remkabel tegen
de klok in te draaien en zet vervolgens de
afstelling vast door de borgmoer zo ver
mogelijk met de klok mee. Als de hendel
nog steeds niet voldoet bij de
mechanische veiligheidscontroles, laat uw
leverancier dan de remmen controleren.
F) Als de fiets niet soepel en rustig van
versnelling naar versnelling schakelt: het
tandwielmechanisme is mogelijk niet goed
meer afgesteld. De oorzaak is mogelijk
slechts een aangespannen besturings-
kabel, wat u dan kan compenseren door
de afsteltrommel van de schakelkabel te
draaien. Draai de versnellingsschakelaar
op het stuur naar de 2e versnelling.
29