Tunturi T80/F Treadmill User Manual


 
82
HANDLEIDING
T80/F T85/F
00 -, de schaaleenheid bedraagt 5 minuten / 3 km – 42
km, de schaaleenheid bedraagt 1 km). Met de SELECT-
knop kunt u naar de volgende instelwaarde.Druk de
ENTER-toets weer in om de instelling te bevestigen.
4. Druk de START-toets in: de training begint en de
loopmat zet zich in beweging.
5. U kunt het snelheidsniveau van het profiel telkens
met 5 % naar boven of naar beneden op schaal
aanpassen.
6. Door tijdens de training de STOP-toets 1 x in te
drukken, staat de mat stil en gaat in een vijf minuten
durende pauzetijd over. Gedurende deze tijd kunt u de
onderbroken training voortzetten door de START-toets
te drukken. Als u 2 x op de STOP-toets drukt, kunt u
uw trainingsprogramma afbreken. Door twee seconden
lang op de STOP-toets te drukken, zet u de meter op
nul. Daarbij keert de meter in de uitgangspositie terug.
7. Na afloop van het profiel stopt de loopmat
automatisch. U kunt de training in het geheugen
opslaan (zie bij Geheugenfunctie).
PROFIELEN
PROFIEL 1 (Hill Walk). Profiel met regelmatige
wijzigingen van de helling en een gelijkmatig, flink
wandeltempo. Het profiel is geschikt voor beginners
en actieve wandelaars. Met standaardinstellingen is de
gemiddelde snelheid 5,2 km/h en de topsnelheid 5,8
km/h, de gemiddelde helling is 2,7 %.
PROFIEL 2 (Hill Jog). Profiel met afwisselende helling
en tamelijk gelijkmatig, licht jogtempo. Het profiel is
geschikt voor beginners en om de conditie op peil te
houden. Met standaardinstellingen is de gemiddelde
snelheid 6,9 km/h en de topsnelheid 7,2 km/h, de
gemiddelde helling is 1,9 %.
PROFIEL 3 (Hill Run). Profiel met gelijkmatige en
lichte helling en een gelijkmatig afwisselend flink
hardlooptempo. Het profiel is geschikt voor hardlopers.
Met standaardinstellingen is de gemiddelde snelheid
11,6 km/h en de topsnelheid 12,5 km/h, de gemiddelde
helling is 1,8 %.
PROFIEL 4 (Rolling Hills). Afstandsprofiel: u kunt
de lengte van het profiel in kilometers instellen. Het
profiel is vooral bedoeld voor training in deze tak
van sport, maar zorgt ook voor afwisseling bij de
conditietraining. De maximale afstand is 42 km. Met
standaardinstellingen is de afstand 3 km, instelbaar in
stappen van 1 km. De hellingsinstellingen zijn van het
intervaltype, de gemiddelde helling is 2,4 %.
PROFIEL 5 (Fatburner 1). Hartslagprofiel met
lage intensiteit, gebaseerd op gelijkmatig toe- en
afnemen van de hartslag. Het profiel is geschikt voor
gewichtsbeheersing. Met standaardinstellingen is de
gemiddelde hartslag 114, maximaal 125.
PROFIEL 6 (Fatburner 2). Hartslagprofiel met
middelzware intensiteit, gebaseerd op toe- en afnemen
van de hartslag in intervallen. Het profiel is geschikt
voor conditietraining en gewichtsbeheersing. Met
standaardinstellingen is de gemiddelde hartslag 122,
maximaal 136.
PROFIEL 7 (Cardio). Hartslagprofiel met middelzware
intensiteit, gebaseerd op gelijkmatig toe- en afnemen
van de hartslag, de hartslag blijft bijna de hele tijd
rond de 130-140. Het profiel is uitstekend voor
conditietraining. Met standaardinstellingen is de
gemiddelde hartslag 129, maximaal 145.
PROFIEL 8 (Fit). Hartslagprofiel met zware intensiteit,
gebaseerd op gelijkmatig toe- en afnemen van de
hartslag. De hartslag blijft bijna de hele tijd rond de
135-145. Het profiel is geschikt voor conditietraining
en -verbetering, voor mensen met een goede conditie.
Met standaardinstellingen is de gemiddelde hartslag
133, maximaal 150.
POSITION SPEED CONTROL (PSC)
In de functie Position Speed Control (PSC) regelt u de
snelheid van de loopmat door uw plaats op de mat te
veranderen. De snelheid van de loopmat verhoogt, als u
zich naar voren beweegt, en ze verlaagt, als u zich naar
achteren beweegt, en ze blijft dezelfde, als u zich op het
middenvlak van de loopmat blijft voortbewegen.
BELANGRIJK! Het gebruik van de PSC-functie
veronderstelt het gebruik van een Polar T41
hartslagriem. Als teken van de meter dat de
hartslagmeting functioneert, knippert - als de display de
Heart Rate aangeeft - er een vierkantje op.
BELANGRIJK! Maak de klem van de veiligheidssleutel
altijd zorgvuldig aan uw hemd vast als u de PSC-
functie gebruikt. Regel de lengte van de snoer van het
veiligheidssleutel zo, dat het zich van de meter losmaakt,
als u te ver naar achteren gaat.
BELANGRIJK! Als u met behulp van de PSC-functie
traint, mag er in de nabijheid van de loopmat geen
andere hartslagzender zijn - de onderlinge afstand tussen
de loopmatten moet minstens twee meter bedragen;
gelijktijdige signalen van twee zenders brengen de
gebuikersveiligheid in gevaar, omdat ze de sturing van
de PSC-functie in de war brengen. Tijdens het instellen
van de PSC-functie moet de loopmat stilstaan.
1. Begin het gebruik van de PSC-functie door de
limieten van de snelheidsbereiken in te stellen. Druk
dan op de PSC-toets van de meter.
2. Op het display komt de tekst PSC ON (functie
aan) of PSC OFF (functie uit), afhankelijk van de
laatste instelling van de meter. Stel in PSC ON met de
pijltoetsen en druk op ENTER.
3. Op het display verschijnt de tekst PRESS ENTER
TO CALIBRATE PSC OR START TO EXIT (Druk
op ENTER om naar de PSC-instellingen te gaan
of op START als u niets meer wilt instellen). Ga in
het midden van de mat staan. Ongeveer 10 cm voor
dat punt zal de mat sneller gaan en ongeveer 20 cm
achter dat punt zal de mat langzamer gaan. Druk
ENTER, waardoor op het display verschijnt de tekst
PLEASE WAIT 8 en de meter uw loopafstand meet
op basis van het hartslagsignaal. Als de meting van 8
seconden voorbij is, verschijnt er op de display de tekst
CALIBRATION READY PRESS START (instelling
gereed, begin functie met START-knop).
4. Indien de meter niet op het hartslagsignaal reageert
T80_T85_manual.indd 82 23.3.2004, 15:57:12