34
5. INSTELLINGEN
1. ALARM: OFF (Uit) / ONCE (Eenmaal) / MON - FRI (Maandag t/m vrijdag) / DAILY (Dagelijks)
U kunt het alarm instellen op eenmaal overgaan (ONCE), van maandag t/m vrijdag (MON-FRI), of dagelijks
(DAILY). Het alarm werkt in alle standen, behalve de trainingsstand, en gaat een minuut over, behalve als u op
de knop
drukt om het alarm te stoppen. Druk op / of OK om het alarm na 10 minuten nogmaals af te
laten gaan. Druk op
om de sluimerfunctie uit te schakelen.
5.1 HORLOGE-INSTELLINGEN (WATCH)
Opmerking: Zie voor meer informatie over instellingen voor BIKE (Fiets), EXE. SET (traingsinstellingen) en TIMERS hoofdstukken 2.3, Fietsinstellingen,
3.3, Trainingsinstellingen en 3.4, Timers.
Opmerking:
• Wanneer
verschijnt op het display kan het alarm niet worden geactiveerd.
• Het alarm gaat ook af als u het geluid heeft uitgeschakeld in de algemene instellingen.
Tip: Houd in de tijdweergave ingedrukt om naar het menu Alarm te gaan.
2. TIME 1 (Tijdzone 1)
3. TIME 2 (Tijdzone 2)
4. TIME ZONE (Tijdzone): TIME 1 / TIME 2
U kunt twee tijdzones instellen in de fi etscomputer. Ga nadat u TIME 1 heeft ingesteld verder met TIME 2 om een nieuwe tijdzone te confi gureren.
Tip: Houd in de tijdsweergave
ingedrukt. De ‘2’ naast de tijd geeft aan dat tijdzone 2 (TIME 2) wordt gebruikt.
5. DATE (Datum)