Tunturi T60F Treadmill User Manual


 
44
HANDLEIDING
T60F
KCAL (Calorieën)
Calorieverbruik 0-9999 kcal met 1 kcal nauwkeurigheid
ELEVATION (loophoek)
0-10 %, met 0,5 % nauwkeurigheid
TIME (tijd)
Trainingstijd 0:00 - 99:59 met 1 s nauwkeurigheid, h1:
40-h9:59 met 1 min nauwkeurigheid
DISTANCE (Afstand)
Trainingsafstand 0,00-99,99 km met 0,01 km
nauwkeurigheid
SPEED (Snelheid)
Snelheid van de mat 0,5-16,0 km/h, met 0,1 km/h
nauwkeurigheid. De controlelamp geeft de geselecteerde
eenheid aan (km/h, mph, pace = minuut / kilometer).
GRAFIEK//TEKSTDISPLAY
Het model T60F heeft een gecombineerd tekst- en
profieldisplay, dat in het Engels informatie verstrekt aan
het begin van en tijdens de training.
INSTELLING VAN
GEBRUIKERGEGEVENS
Wij adviseren u om een gebruikerscode te kiezen
en uw persoonlijke gegevens op te slaan. Deze
informatie wordt o.a. gebruikt bij het schatten van uw
persoonlijke calorieverbruik. Verder kunt u instellen
met welke meeteenheden het toestel moet werken
en de totaalwaarden van het toestel bekijken. Met
uw gebruikerscode kunt u ook uw zojuist afgesloten
training opslaan.
1. Druk de SET-toets. Kies met de pijltoets
gebruikerscode 1-4. Bevestig de waarde van de instelling
met de ENTER-toets. LET OP! Onder ”NO USER”
staan toestelinstellingen, met totale loopafstand en -tijd.
2. Stel de meeteenheden in (Metric = gegevens volgens
het metrische systeem / Imperial = gegevens in Engelse
eenheden): verander de instelling met de pijltoetsen en
bevestig de ingestelde waarde met de ENTER-toets; u
gaat dan verder naar de volgende instelling.
3. Geef uw gewicht op. Verander de instelling met de
pijltoetsen en bevestig de ingestelde waarde met de
ENTER-toets; u gaat dan verder naar de volgende
instelling. Deze gegevens zijn nodig voor de inschatting
van het energieverbuik.
4. Stel het geslacht in (Male = man / Female = vrouw):
verander de instelling met de pijltoetsen en bevestig
de ingestelde waarde met de ENTER-toets; u gaat dan
verder naar de volgende instelling. Deze gegevens zijn
nodig voor de inschatting van het energieverbuik.
5. Stel de leeftijd van de gebruiker in: verander de
instelling met de pijltoetsen en bevestig de waarde van
de instelling met de ENTER-toets; u gaat dan verder
naar de volgende instelling. Deze gegevens zijn nodig
voor de inschatting van het energieverbuik.
6. Stel het gebruik van het signaalteken in (ON =
signaalteken klinkt / OFF = signaalteken klinkt niet):
Bij profieltraining meldt de meter profielwijzigingen van
tevoren d.m.v. een geluidssignaal. Verander de instelling
met de pijltoetsen en bevestig de ingestelde waarde met
de ENTER-toets; u gaat dan verder naar de volgende
instelling. BELANGRIJK! U kunt de eenheden tijdens
het trainen instellen: druk de SET-toets, verander
de instelling met de pijltoetsen en bevestig met de
ENTER-toets.
7. Stel de eenheden van het display in (km/h, min/
km, mph, min/mijl). Verander de instelling met de
pijltoetsen en bevestig de ingestelde waarde met de
ENTER-toets; u gaat dan verder naar de volgende
instelling.
8. Stel voor training met PSC- of hartslagbesturing
de topsnelheid van de loopmat in met de pijltoetsen:
bij deze trainingsvormen wordt de snelheid gekozen
op basis van de hartslag. Als er geen topsnelheid is
opgegeven, kan deze tijdens te training te hoog worden.
De standaardwaarde voor de topsnelheid is 12 km/h.
Verander de instelling met de pijltoetsen en bevestig
de ingestelde waarde met de ENTER-toets; u gaat dan
verder naar de volgende instelling.
9. Op het display TOTAL TIME -ziet u uw eigen totale
gebruiksduur van de loopmat. Door de ENTER-toets in
te drukken, gaat u verder naar het volgende display.
10. Op het display TOTAL DIST -ziet u uw eigen
loopafstand op de loopmat. Door de ENTER-toets
in te drukken, keert u terug naar de instelling van
gebruikergegevens, met de START-toets laat u de
getoonde gebruikerinstelling verdwijnen.
Wanneer u uw gegevens heeft ingevoerd, kunt u deze
later benutten door aan het begin van de training
uw eigen gebruikerscode te selecteren. De gekozen
gebruikerscode blijft in het geheugen van de meter tot
er een andere code in gebruik wordt genomen, of tot de
veiligheidssleutel wordt verwijderd of de stekker uit het
stopcontact wordt getrokken.
POSITION SPEED CONTROL (PSC)
In de functie Position Speed Control (PSC) regelt u de
snelheid van de loopmat door uw plaats op de mat te
veranderen. De snelheid van de loopmat verhoogt, als u
zich naar voren beweegt, en ze verlaagt, als u zich naar
achteren beweegt, en ze blijft dezelfde, als u zich op het
middenvlak van de loopmat blijft voortbewegen.
BELANGRIJK! Het gebruik van de PSC-functie
veronderstelt het gebruik van een Polar T41
hartslagriem. Als teken van de meter dat de
hartslagmeting functioneert, knippert - als de display de
Heart Rate aangeeft - er een vierkantje op.
BELANGRIJK! Maak de klem van de veiligheidssleutel
altijd zorgvuldig aan uw hemd vast als u de PSC-
functie gebruikt. Regel de lengte van de snoer van het
veiligheidssleutel zo, dat het zich van de meter losmaakt,
als u te ver naar achteren gaat.
BELANGRIJK! Als u met behulp van de PSC-functie
traint, mag er in de nabijheid van de loopmat geen
andere hartslagzender zijn - de onderlinge afstand tussen
de loopmatten moet minstens twee meter bedragen;
gelijktijdige signalen van twee zenders brengen de
gebuikersveiligheid in gevaar, omdat ze de sturing van
T60F_manual_Tekstikorjaukset.indd 44T60F_manual_Tekstikorjaukset.indd 44 10.9.2004 08:54:4910.9.2004 08:54:49